1 Korinthiërs 2:1-4
1 Korinthiërs 2:1-4 Statenvertaling (Importantia edition) (STV)
En ik, broeders, als ik tot u ben gekomen, ben niet gekomen met uitnemendheid van woorden, of van wijsheid, u verkondigende de getuigenis van God. Want ik heb niet voorgenomen iets te weten onder u, dan Jezus Christus, en Dien gekruisigd. En ik was bij ulieden in zwakheid, en in vreze, en in vele beving. En mijn rede, en mijn prediking was niet in bewegelijke woorden der menselijke wijsheid, maar in betoning des geestes en der kracht
1 Korinthiërs 2:1-4 Herziene Statenvertaling (HSV)
En ik, broeders, toen ik bij u kwam, ben niet gekomen om u met voortreffelijkheid van woorden of van wijsheid het getuigenis van God te verkondigen, want ik had mij voorgenomen niets anders onder u te weten dan Jezus Christus, en Die gekruisigd. En ik was bij u in zwakheid, met vrees en veel beven. En mijn spreken en mijn prediking bestonden niet in overtuigende woorden van menselijke wijsheid, maar in het betonen van geest en kracht
1 Korinthiërs 2:1-4 NBG-vertaling 1951 (NBG51)
Ook ben ik, toen ik tot u kwam, broeders, niet met schittering van woorden of wijsheid u het getuigenis van God komen brengen. Want ik had niet besloten iets te weten onder u, dan Jezus Christus en die gekruisigd. Ook kwam ik in zwakheid, met veel vrezen en beven tot u; mijn spreken en mijn prediking kwam ook niet met meeslepende woorden van wijsheid, maar met betoon van geest en kracht
1 Korinthiërs 2:1-4 Het Boek (HTB)
Toen ik voor het eerst bij u was, kwam ik dan ook niet met dure woorden en hoogdravende ideeën aan. Ik heb u heel eenvoudig Gods boodschap bekendgemaakt. Ik had namelijk besloten bij u alleen maar te spreken over Jezus Christus en zijn sterven aan het kruis. Toen ik kwam, was ik niet sterk. Integendeel, ik was bang en beefde. De woorden waarmee ik u over Jezus Christus vertelde, waren niet scherp en overtuigend. Maar u ervoer dat het uit mijn hart kwam en God liet er kracht van uitgaan.
1 Korinthiërs 2:1-4 BasisBijbel, de bijbel in makkelijk Nederlands (BB)
Ik kwam jullie dan ook niet met mooie woorden of wijze ideeën over God vertellen. Want voor mij is de boodschap van de gekruisigde Jezus Christus het enige belangrijke. En ik voelde mij onzeker en bang toen ik bij jullie kwam. Ik hield dan ook geen prachtige toespraak. Maar ik sprak gewoon uit mijn hart. En God gaf er kracht aan.