3 Johannes 1:5-8
3 Johannes 1:5-8 Statenvertaling (Importantia edition) (STV)
Geliefde, gij doet trouwelijk, in al hetgeen gij doet aan de broederen en aan de vreemdelingen, Die getuigd hebben van uw liefde, in de tegenwoordigheid der Gemeente; welken indien gij geleide doet, gelijk het Gode waardig is, zo zult gij weldoen. Want zij zijn voor Zijn Naam uitgegaan, niets nemende van de heidenen. Wij dan zijn schuldig de zodanigen te ontvangen, opdat wij medearbeiders mogen worden der waarheid.
3 Johannes 1:5-8 Herziene Statenvertaling (HSV)
Geliefde, u handelt trouw in alles wat u doet voor de broeders en voor de vreemdelingen, die getuigd hebben van uw liefde, in aanwezigheid van de gemeente. U zult er goed aan doen wanneer u hen verder op weg helpt op een voor God waardige manier. Want zij zijn voor Zijn Naam uit gegaan, zonder iets aan te nemen van de heidenen. Wij moeten dan zulke mensen ontvangen, opdat wij medearbeiders van de waarheid mogen worden.
3 Johannes 1:5-8 NBG-vertaling 1951 (NBG51)
Geliefde, gij handelt trouw in alles wat gij aan de broeders doet, en dat nog wel aan vreemdelingen, die in tegenwoordigheid der gemeente getuigd hebben van uw liefde; indien gij hen voorthelpt, gelijk het Gode waardig is, zult gij wèl doen; want zij zijn uitgegaan ter wille van de Naam, zonder iets van de heidenen aan te nemen. Wij behoren dus zulke mannen te ontvangen, opdat wij mogen samenwerken voor de waarheid.
3 Johannes 1:5-8 Het Boek (HTB)
Goede vriend, uw trouw blijkt uit alles wat u voor de broeders doet, zelfs al kent u hen niet. Zij hebben hier in de gemeente over uw liefde verteld. Het is heel goed hen op weg te helpen, op een manier zoals God dat zou willen. Zij zijn op reis gegaan omwille van de Here en nemen niets aan van mensen die niet in Hem geloven. Daarom moeten wij zulke mensen gastvrij ontvangen. Zo helpen wij hen de waarheid meer en meer bekend te maken.
3 Johannes 1:5-8 BasisBijbel (BB)
Mijn vriend, je bent heel trouw in alles wat je voor de broeders en zusters doet. Ook voor broeders en zusters die je nog niet eerder had ontmoet. Zij hebben aan de gemeente hier verteld hoe goed je voor hen bent geweest. Het is erg goed dat je hen op weg helpt voor hun verdere reis. Dat past bij iemand die bij God hoort. Want ze zijn voor Jezus op reis gegaan en willen liever niets aannemen van mensen die niet in Hem geloven. Daarom moeten we zulke mensen ontvangen en helpen. Zo kunnen wij samen met hen voor de waarheid werken.