Handelingen 7:2-3
Handelingen 7:2-3 Herziene Statenvertaling (HSV)
En hij zei: Mannenbroeders en vaders, luister! De God der heerlijkheid verscheen aan onze vader Abraham, toen hij nog in Mesopotamië was, voordat hij in Haran woonde, en Hij zei tegen hem: Ga uit uw land en uit uw familie en kom naar een land dat Ik u wijzen zal.
Handelingen 7:2-3 Statenvertaling (Importantia edition) (STV)
En hij zeide: Gij mannen broeders en vaders, hoort toe: de God der heerlijkheid verscheen onzen vader Abraham, nog zijnde in Mesopotamië, eer hij woonde in Charran; En zeide tot hem: Ga uit uw land en uit uw maagschap, en kom in een land, dat Ik u wijzen zal.
Handelingen 7:2-3 NBG-vertaling 1951 (NBG51)
En hij zeide: Gij, mannen broeders en vaders, hoort toe. De God der heerlijkheid is verschenen aan onze vader Abraham, toen hij nog in Mesopotamië was, voordat hij in Haran ging wonen, en Hij zeide tot hem: Verlaat uw land en uw bloedverwanten en kom herwaarts naar het land, dat Ik u wijzen zal.
Handelingen 7:2-3 Het Boek (HTB)
Stefanus antwoordde: ‘Broeders en vaders van ons volk, luister! Toen Abraham nog in Mesopotamië woonde, verscheen God aan hem en zei: “Verlaat uw land en uw familie en ga naar het land, dat Ik u zal wijzen.”
Handelingen 7:2-3 BasisBijbel, de bijbel in makkelijk Nederlands (BB)
Stefanus antwoordde: "Mannen, broeders en vaders van ons volk, luister naar mij. Onze machtige God is naar onze voorvader Abraham gekomen. Dat gebeurde toen hij nog in Mesopotamië leefde, dus voordat hij in Haran ging wonen. God zei tegen hem: 'Vertrek uit je land en verlaat je familie. Reis naar het land dat Ik je zal wijzen.'