Esther 9:1
Esther 9:1 Statenvertaling (Importantia edition) (STV)
In de twaalfde maand nu (dezelve is de maand Adar), op den dertienden dag derzelve, toen des konings woord en zijn wet nabij gekomen was, dat men het doen zou, ten dage, als de vijanden der Joden hoopten over hen te heersen, zo is het omgekeerd, want de Joden heersten zelven over hun haters.
Esther 9:1 Herziene Statenvertaling (HSV)
In de twaalfde maand, dat is de maand Adar, op de dertiende dag ervan, toen het moment gekomen was om het woord van de koning en zijn wet uit te voeren, op de dag waarop de vijanden van de Joden hoopten hen in hun macht te krijgen, gebeurde het omgekeerde, want de Joden zelf kregen hun haters in hun macht.
Esther 9:1 NBG-vertaling 1951 (NBG51)
Op de dertiende dag der twaalfde maand – dat is de maand Adar – toen het woord en de wet des konings tot uitvoering zouden komen, op de dag waarop de vijanden der Joden gehoopt hadden hen te overweldigen, maar die integendeel werd tot een dag waarop de Joden zelf hun haters overweldigen konden
Esther 9:1 Het Boek (HTB)
De dag brak aan waarop de twee besluiten van de koning van kracht werden. De vijanden van de Joden hadden gehoopt hen die dag te kunnen vermoorden. Maar de rollen werden omgekeerd: de Joden overweldigden hun belagers!
Esther 9:1 BasisBijbel (BB)
Op de 13e dag van de twaalfde maand, de maand Adar, was het zo ver. Het bevel van de koning moest worden uitgevoerd. De vijanden van de Judeeërs hoopten de Judeeërs nu te vernietigen. Maar het omgekeerde gebeurde. Het werd een dag waarop de Judeeërs juist zelf hun vijanden konden doden.