Exodus 15:23-25
Exodus 15:23-25 Statenvertaling (Importantia edition) (STV)
Toen kwamen zij te Mara; doch zij konden het water van Mara niet drinken, want het was bitter; daarom werd derzelver naam genoemd Mara. Toen murmureerde het volk tegen Mozes, zeggende: Wat zullen wij drinken? Hij dan riep tot den HEERE; en de HEERE wees hem een hout, dat wierp hij in dat water; toen werd het water zoet. Aldaar stelde Hij het volk een inzetting en recht, en aldaar verzocht Hij hetzelve
Exodus 15:23-25 Herziene Statenvertaling (HSV)
Toen kwamen zij bij Mara. Zij konden echter het water uit Mara niet drinken, want het was bitter. Daarom gaf men het de naam Mara. Toen morde het volk tegen Mozes, en zei: Wat moeten wij nu drinken? Hij riep tot de HEERE, en de HEERE wees hem een stuk hout. Dat wierp hij in het water. Toen werd het water zoet. Daar heeft Hij het volk een verordening en een bepaling gegeven, en daar heeft Hij het op de proef gesteld.
Exodus 15:23-25 NBG-vertaling 1951 (NBG51)
En zij kwamen in Mara, maar zij konden het water van Mara niet drinken, omdat het bitter was. Daarom noemde men die plaats Mara. Toen morde het volk tegen Mozes en zeide: Wat moeten wij drinken? En hij riep luide tot de HERE, en de HERE wees hem een stuk hout; hij wierp het in het water; toen werd het water zoet. Daar gaf Hij hun inzettingen en verordeningen en daar stelde Hij hen op de proef
Exodus 15:23-25 Het Boek (HTB)
Zij kwamen aan in Mara, maar konden het water daar niet drinken omdat het bitter was. Daarom noemden zij die plaats ook Mara (Bitter). Het volk keerde zich als één man tegen Mozes en zei: ‘Waar halen wij nu water vandaan?’ Mozes vroeg hulp aan de HERE en de HERE wees hem een stuk hout aan, Mozes wierp het in het water en het werd zoet. Daar bij Mara legde de HERE een aantal regels aan het volk op om te zien hoever hun toewijding ging. Hij zei
Exodus 15:23-25 BasisBijbel (BB)
Toen kwamen ze bij een bron in Mara. Maar ze konden het water niet drinken, want het was bitter. Daarom noemden ze die plaats Mara (= 'bitter'). Toen mopperde en klaagde het volk tegen Mozes en zei: "Wat moeten we nu drinken?" Mozes riep luid tot de Heer. Toen wees de Heer hem een stuk hout aan. Dat gooide Mozes in het water. Toen werd het water zoet. De Heer gaf hun daar wetten en leefregels en Hij stelde hen daar op de proef.