Genesis 46:3-4
Genesis 46:3-4 Statenvertaling (Importantia edition) (STV)
En Hij zeide: Ik ben die God, uws vaders God; vrees niet van af te trekken naar Egypte; want Ik zal u aldaar tot een groot volk zetten. Ik zal met u aftrekken naar Egypte en Ik zal u doen weder optrekken, mede optrekkende; en Jozef zal zijn hand op uw ogen leggen.
Genesis 46:3-4 Herziene Statenvertaling (HSV)
En Hij zei: Ik ben God, de God van uw vader; wees niet bevreesd om naar Egypte te trekken, want Ik zal u daar tot een groot volk maken. Ik zal met u meetrekken naar Egypte en Ik zal u ook zeker doen terugkeren; en Jozef zal uw ogen sluiten.
Genesis 46:3-4 NBG-vertaling 1951 (NBG51)
Toen zeide Hij: Ik ben God, de God van uw vader, vrees niet naar Egypte te trekken, want Ik zal u daar tot een groot volk maken. Ik zal zelf met u naar Egypte trekken en Ik zal u ook zeker weer terugvoeren en Jozef zal u de ogen toedrukken.
Genesis 46:3-4 Het Boek (HTB)
‘Ik ben God,’ zei de stem, ‘de God van uw vader. Wees niet bang om naar Egypte te gaan, want Ik zal ervoor zorgen dat u daar uitgroeit tot een groot volk. Ik zal met u meegaan naar Egypte en uw nakomelingen terugbrengen. Maar u zult in Egypte, met uw zoon Jozef naast u, sterven.’
Genesis 46:3-4 BasisBijbel, de bijbel in makkelijk Nederlands (BB)
Toen zei God: "Ik ben God, de God van je vader. Wees niet bang om naar Egypte te reizen. Want Ik zal je daar tot een groot volk maken. Ik zal Zelf met je meegaan naar Egypte. Ik zal je óók weer terugbrengen. En wanneer je sterft, zal Jozef bij je zijn."