Jesaja 38:15-17
Jesaja 38:15-17 Herziene Statenvertaling (HSV)
Wat zal ik spreken? Zoals Hij mij heeft gezegd, heeft Híj het gedaan. Nu mag ik al mijn jaren gerust verdergaan, de bitterheid van mijn ziel te boven gekomen. Heere, bij deze dingen leeft men, en in al deze dingen is het leven van mijn geest. Want U hebt mij gezond gemaakt en mij genezen. Zie, tot vrede is de bitterheid voor mij bitter geweest, want Ú hebt mijn ziel lieflijk omhelsd, van het graf van de ontbinding vandaan gehaald. Want U hebt al mijn zonden achter Uw rug geworpen.
Jesaja 38:15-17 Het Boek (HTB)
Maar wat moet ik zeggen? Want Hij stuurde deze ziekte. Ik ben verbitterd en ik kan de slaap niet vatten. Och Here, uw leefregels zijn goed, zij zorgen voor leven en gezondheid. Genees mij en breng mij weer tot leven! Ja, nu begrijp ik dat deze bitterheid goed voor mij is geweest. U hebt mij liefdevol uit de macht van de dood verlost. U hebt mij al mijn zonden vergeven.
Jesaja 38:15-17 Statenvertaling (Importantia edition) (STV)
Wat zal ik spreken? Gelijk Hij het mij heeft toegezegd, alzo heeft Hij het gedaan; ik zal nu al zoetjes voorttreden al mijn jaren, vanwege de bitterheid mijner ziel. Heere, bij deze dingen leeft men, en in dit alles is het leven van mijn geest; want Gij hebt mij gezond gemaakt en mij genezen. Zie, in vrede is mij de bitterheid bitter geweest; maar Gij hebt mijn ziel liefelijk omhelsd, dat zij in de groeve der vertering niet kwame; want Gij hebt al mijn zonden achter Uw rug geworpen.
Jesaja 38:15-17 NBG-vertaling 1951 (NBG51)
Wat zal ik zeggen, daar Hij tot mij gesproken heeft en Hij het ook gedaan heeft? Ik zal al mijn jaren voortschrijden na dit bittere zieleleed. Here, bij deze dingen leeft men, ja, in die alle is het leven van mijn geest: dat Gij mij zult gezond maken en doen leven. Zie, mijn bittere beproeving werd tot heil. Gij toch zijt het, die mijn leven gered hebt van de groeve der vernietiging, want Gij hebt al mijn zonden achter uw rug geworpen.
Jesaja 38:15-17 BasisBijbel, de bijbel in makkelijk Nederlands (BB)
Wat moet ik zeggen? De Heer heeft gedaan wat Hij mij heeft beloofd! Ik zal nog heerlijke jaren verder leven na deze tijd van groot verdriet. Heer, door uw beloften leven de mensen. Door uw beloften krijg ik nieuwe moed. U heeft mij gezond gemaakt en mij genezen! Mijn grote moeilijkheden veranderden in zegen. U redde mij van de dood. Ik was ongehoorzaam aan U geweest, maar U wierp al mijn schuld achter uw rug. Daardoor kon ik blijven leven.