Jeremia 33:14-18
Jeremia 33:14-18 Statenvertaling (Importantia edition) (STV)
Ziet, de dagen komen, spreekt de HEERE, dat Ik het goede woord verwekken zal, dat Ik tot het huis van Israël en over het huis van Juda gesproken heb. In die dagen, en te dier tijd zal Ik David een SPRUIT der gerechtigheid doen uitspruiten; en Hij zal recht en gerechtigheid doen op aarde. In die dagen zal Juda verlost worden, en Jeruzalem zeker wonen; en Deze is, Die haar roepen zal: De HEERE, onze GERECHTIGHEID. Want zo zegt de HEERE: Aan David zal niet worden afgesneden een Man, Die op den troon van het huis Israëls zitte. Ook zal den Levietischen priesteren, van voor Mijn aangezicht, niet worden afgesneden een Man, Die brandoffer offere, en spijsoffer aansteke, en slachtoffer bereide al de dagen.
Jeremia 33:14-18 Herziene Statenvertaling (HSV)
Zie, er komen dagen, spreekt de HEERE, dat Ik het goede woord gestand zal doen dat Ik gesproken heb tot het huis van Israël en over het huis van Juda. In die dagen en in die tijd zal Ik voor David een SPRUIT van gerechtigheid doen opkomen. Hij zal recht en gerechtigheid doen op aarde. In die dagen zal Juda verlost worden en zal Jeruzalem onbezorgd wonen. Dit is hoe men de stad noemen zal: DE . Want zo zegt de HEERE: Aan David zal het niet aan een man ontbreken die op de troon van het huis van Israël zit, en aan de Levitische priesters zal geen man voor Mijn aangezicht ontbreken die het brandoffer brengt, het graanoffer in rook laat opgaan en het slachtoffer bereidt, alle dagen.
Jeremia 33:14-18 NBG-vertaling 1951 (NBG51)
Zie, de dagen komen, luidt het woord des HEREN, dat Ik het goede woord in vervulling zal doen gaan, dat Ik over het huis van Israël en het huis van Juda gesproken heb. In die dagen en te dien tijde zal Ik aan David een Spruit der gerechtigheid doen ontspruiten, die naar recht en gerechtigheid in het land zal handelen. In die dagen zal Juda verlost worden en Jeruzalem veilig wonen, en zó zal men het noemen: De HERE onze gerechtigheid. Want zo zegt de HERE: Nimmer zal het David ontbreken aan een man, die op de troon van het huis Israëls gezeten is; en de levitische priesters zal het nimmer ontbreken voor mijn aangezicht aan een man die brandoffers offert, spijsoffers ontsteekt en slachtoffers brengt al de dagen.
Jeremia 33:14-18 Het Boek (HTB)
Ja, de dag komt, zegt de HERE, dat Ik voor Israël en Juda al het goede zal doen dat Ik hun heb beloofd. In die dagen zal Ik David een rechtvaardige nakomeling geven, Hem op de troon zetten en Hij zal rechtvaardig regeren. Dan zullen de inwoners van Juda en Jeruzalem gered worden en veilig wonen en hun leuze zal zijn: “De HERE is onze gerechtigheid!” Want de HERE heeft verklaard dat altijd een erfgenaam van David op de troon van Israël zal zitten. En er zullen altijd Levieten zijn om brandoffers, spijsoffers en geschenken aan de HERE te offeren.’
Jeremia 33:14-18 BasisBijbel, de bijbel in makkelijk Nederlands (BB)
[ De Heer zegt: ] "Op een dag zal Ik alle goede dingen die Ik beloofd heb, ook doen, zegt de Heer. Ik zal alle goede dingen doen die Ik over het koninkrijk Israël en het koninkrijk Juda gezegd heb. In die tijd zal Ik een jonge tak uit de oude stam laten groeien: in de familie van koning David zal Ik een rechtvaardige zoon geboren laten worden. Hij zal eerlijk en rechtvaardig regeren. In die tijd zal Juda bevrijd worden en Jeruzalem zal veilig wonen. En Jeruzalem zal genoemd worden: 'De Heer is onze redding.' Want, zegt de Heer, altijd zal een zoon uit de familie van koning David koning van Israël zijn. En voor altijd zal er een hogepriester zijn uit de stam van Levi die elke dag brand-offers, meel-offers en vlees-offers aan Mij brengt."