Jeremia 5:22
Jeremia 5:22 Statenvertaling (Importantia edition) (STV)
Zult gijlieden Mij niet vrezen? spreekt de HEERE; zult gij voor Mijn aangezicht niet beven? Die der zee het zand tot een paal gesteld heb, met een eeuwige inzetting, dat zij daarover niet zal gaan; ofschoon haar golven zich bewegen, zo zullen zij toch niet vermogen, ofschoon zij bruisen, zo zullen zij toch daarover niet gaan.
Jeremia 5:22 Herziene Statenvertaling (HSV)
Zou u voor Mij niet bevreesd zijn, spreekt de HEERE, of zou u voor Mijn aangezicht niet beven? Ik, Die het zand gemaakt heb tot een grens voor de zee, een eeuwige verordening, die zij niet zal overschrijden. Al kolken haar golven, zij zullen niets kunnen uitrichten, al bruisen zij, zij zullen hem niet overschrijden.
Jeremia 5:22 NBG-vertaling 1951 (NBG51)
Wilt gij Mij niet vrezen, luidt het woord des HEREN, of voor Mij niet beven, die het zand gesteld heb tot grens voor de zee, een altoosdurende beperking, die zij niet zal overschrijden; al rollen haar golven, zij vermogen niets; al bruisen zij, zij overschrijden haar niet.
Jeremia 5:22 Het Boek (HTB)
Hebt u dan helemaal geen ontzag voor Mij?” vraagt de HERE God. “Hoe kan het dat u niet eens beeft in mijn aanwezigheid? Ik bepaal de kustlijnen van de wereld als eeuwige grenzen, zodat de zeeën met hun geweld en bulderende golven die afscheidingen nooit kunnen overschrijden. Moet zoʼn God niet worden gevreesd en vereerd?
Jeremia 5:22 BasisBijbel (BB)
Hoe durven jullie te weigeren om ontzag voor Mij te hebben? zegt de Heer. Ik heb de grenzen van de zee bepaald. Het is een eeuwige grens waar de zee nooit overheen gaat. Al rollen en bruisen de golven, ze komen niet over de grens die Ik de zee heb gegeven.