Leviticus 23:11-14
Leviticus 23:11-14 Statenvertaling (Importantia edition) (STV)
En hij zal die garf voor het aangezicht des HEEREN bewegen, opdat het voor u aangenaam zij; des anderen daags na den sabbat zal de priester die bewegen. Gij zult ook op den dag, als gij die garf bewegen zult, bereiden een volkomen lam, dat eenjarig is, ten brandoffer den HEERE; En zijn spijsoffer twee tienden meelbloem, met olie gemengd, ten vuuroffer, den HEERE tot een liefelijken reuk; en zijn drankoffer van wijn, het vierde deel van een hin. En gij zult geen brood, noch geroost koren, noch groene aren eten, tot op dienzelven dag, dat gij de offerande uws Gods zult gebracht hebben; het is een eeuwige inzetting voor uw geslachten, in al uw woningen.
Leviticus 23:11-14 Herziene Statenvertaling (HSV)
Hij moet de schoof voor het aangezicht van de HEERE bewegen, opdat Hij een welgevallen in u vindt. Op de dag na de sabbat moet de priester de schoof bewegen. U moet op de dag dat u de schoof beweegt, een lam zonder enig gebrek van een jaar oud als brandoffer voor de HEERE bereiden, met een bijbehorend graanoffer van twee tiende efa meelbloem, met olie gemengd, als een vuuroffer voor de HEERE, een aangename geur, en een bijbehorend plengoffer van een kwart hin wijn. U mag geen brood, geroosterd graan en vers graan eten tot op deze zelfde dag dat u de offergave van uw God gebracht hebt. Het is een eeuwige verordening, al uw generaties door, in al uw woongebieden.
Leviticus 23:11-14 NBG-vertaling 1951 (NBG51)
en hij zal de garve voor het aangezicht des HEREN bewegen, opdat gij welgevallig zijt; daags na de sabbat zal de priester die bewegen. Gij zult op de dag waarop gij de garve beweegt, een gaaf eenjarig schaap de HERE ten brandoffer bereiden, met als bijbehorend spijsoffer twee tienden fijn meel, met olie aangemaakt, ten vuuroffer tot een liefelijke reuk voor de HERE, en als bijbehorend plengoffer een vierde hin wijn. Tot op die dag zult gij geen brood, geen geroosterd of vers koren eten, totdat gij de offergave van uw God gebracht hebt: het is een altoosdurende inzetting voor uw geslachten, in al uw woonplaatsen.
Leviticus 23:9-14 Het Boek (HTB)
Het Feest van de eerste opbrengsten van het land of Oogstfeest. Wanneer u aankomt in het land dat Ik u zal geven en u uw eerste oogst binnenhaalt, breng dan de eerste schoof van de oogst op de dag na de sabbat bij de priester. Hij zal het aan de HERE offeren door het omhoog te heffen en de HERE zal het aanvaarden als uw geschenk. Diezelfde dag moet u de HERE een eenjarig lam zonder gebreken als brandoffer brengen. Dit offer moet vergezeld gaan van een spijsoffer van vier viertiende liter fijn meel, gemengd met olijfolie, dat ook met vuur aan de HERE moet worden geofferd. Dit zal een aangenaam offer zijn in de ogen van de HERE. Offer ook een drankoffer van negentiende liter wijn. Dit alles moet eerst worden gedaan, voordat u zelf van de oogst—brood, geroosterd of vers koren—eet. Dit is een eeuwige wet voor het hele volk.
Leviticus 23:11-14 BasisBijbel, de bijbel in makkelijk Nederlands (BB)
Hij moet die naar Mij omhoog houden en heen en weer bewegen. [ Daarna is hij voor de priester. ] Want dan zal Ik blij zijn met jullie offer. Dit moet gebeuren op de eerste dag na de heilige rustdag. Diezelfde dag moet je een gezond mannetjes-schaap van één jaar als brand-offer aan Mij offeren. Daarbij hoort een meel-offer van 2/10 efa [ (4,4 liter) ] fijn meel, met olijf-olie aangemaakt. Dan ben Ik er blij mee. Daarbij moet je ook een wijn-offer uitgieten van ¼ hin [ (0,9 liter) ] wijn. Pas nadat je dit offer gebracht hebt, mag je van het verse graan eten of er brood van bakken. Dit is een eeuwige wet, in alle plaatsen waar jullie wonen.