Micha 4:9-13
Micha 4:9-13 Statenvertaling (Importantia edition) (STV)
Nu, waarom zoudt gij zo groot geschrei maken? Is er geen Koning onder u? Is uw Raadgever vergaan, dat u smart, als van een barende vrouw, heeft aangegrepen? Lijd smart en arbeid om voort te brengen, o dochter Sions! als een barende vrouw; want nu zult gij wel uit de stad henen uitgaan, en op het veld wonen, en tot in Babel komen, maar aldaar zult gij gered worden; aldaar zal u de HEERE verlossen uit de hand uwer vijanden. Nu zijn wel vele heidenen tegen u verzameld, die daar zeggen: Laat ze ontheiligd worden, en laat ons oog schouwen aan Sion. Maar zij weten de gedachten des HEEREN niet, en verstaan Zijn raadslag niet; dat Hij hen vergaderd heeft als garven tot den dorsvloer. Maak u op en dors, o dochter Sions! Want Ik zal uw hoorn ijzer maken, en uw klauwen koper maken, en gij zult vele volken verpletteren; en Ik zal hunlieder gewin den HEERE verbannen, en hun vermogen den Heere der ganse aarde.
Micha 4:9-13 Herziene Statenvertaling (HSV)
Nu, waarom slaat u zo'n luid alarm? Is er geen Koning onder u? Is uw Raadsman omgekomen, dat smart u aangegrepen heeft als van een barende vrouw? Krimp ineen en schreeuw het uit, dochter van Sion, als een barende vrouw, want nu moet u de stad uit en in het open veld wonen. U zult tot in Babel komen. Daar zult u gered worden, daar zal de HEERE u verlossen uit de hand van uw vijanden. Nu verzamelen zich tegen u vele heidenvolken. Zij zeggen: Laat haar ontheiligd worden, en laten onze ogen Sion aanschouwen. Zíj echter kennen de gedachten van de HEERE niet. Zij begrijpen Zijn raadsbesluit niet: dat Hij hen bijeengebracht heeft als graanschoven op de dorsvloer. Sta op en dors, dochter van Sion, want Ik zal uw hoorn van ijzer maken en Ik zal uw hoeven van brons maken, en u zult vele volken verpletteren en Ik zal hun winstbejag met de ban slaan: het is voor de HEERE, hun vermogen is voor de Heere van heel de aarde.
Micha 4:9-13 NBG-vertaling 1951 (NBG51)
Nu, waarom schreeuwt gij zo luide? Is er geen koning bij u? Of is uw raadsman omgekomen, dat weeën als van een barende u hebben aangegrepen? Krimp ineen en schreeuw het uit, dochter Sions, als een barende; want thans zult gij uittrekken uit de stad en verblijven op het veld, en gij zult naar Babel komen. Daar zult gij bevrijd worden; daar zal de HERE u verlossen uit de macht van uw vijanden. Wel zijn nu vele volkeren tegen u vergaderd, die zeggen: Zij worde ontwijd, en mogen onze ogen zich aan Sion verlustigen! Maar zij kennen de gedachten des HEREN niet en verstaan zijn raadslag niet, dat Hij hen verzamelt als schoven op de dorsvloer. Sta op en dors, gij dochter Sions; want Ik zal uw hoorn van ijzer maken en uw hoeven van koper, en gij zult vele volkeren verbrijzelen en gij zult hun onrechtmatig gewin door de ban aan de HERE wijden, en hun vermogen aan de Here der ganse aarde.
Micha 4:9-13 Het Boek (HTB)
Maar waarom schreeuwt u nú zo hard? Waar is uw koning? Waar zijn uw adviseurs? Pijn heeft u overvallen als een vrouw tijdens een bevalling. Krimp ineen en schreeuw het uit van pijn, volk van Sion, want u moet deze stad verlaten en in de velden gaan wonen. U zult in ballingschap naar Babel worden gestuurd. Maar daar zult u worden bevrijd. Daar zal de HERE u verlossen van al uw vijanden. Het is waar dat talloze volken één front hebben gevormd tegen u. Zij roepen: ‘Wij willen bloed zien! Wij willen de bevolking van Sion vernietigen!’ Maar zij kennen de gedachten van de HERE niet en hebben geen begrip voor zijn plannen. Want er komt een moment waarop de HERE alle vijanden van zijn volk zal verzamelen als korenschoven op de dorsvloer. ‘Sta op, bevolking van Sion, en dors. Ik zal uw horens van ijzer en hoeven van koper geven. U zult vele volken totaal vertrappen en hun geroofde rijkdom aan de HERE wijden, aan de HERE van de hele aarde.’
Micha 4:9-13 BasisBijbel, de bijbel in makkelijk Nederlands (BB)
Waarom schreeuwen jullie nu zo hard? Hebben jullie dan geen koning? Is jullie raadgever gedood, dat jullie het uitschreeuwen? Schreeuwen jullie maar! Krimp maar in elkaar van ellende, bewoners van Jeruzalem! Maar jullie zullen je stad verlaten en het open veld ingaan. Jullie zullen naar Babel trekken. Daar zullen jullie worden bevrijd. Daar zal de Heer jullie redden van je vijanden. Nu vallen vele machtige volken jullie aan. Ze hebben zich verzameld en zeggen: "We zullen Jeruzalem veroveren! Jeruzalem zal van ons zijn!" Maar zij kennen de plannen van de Heer niet. Ze weten niet wat Ik ga doen. Ze weten niet dat Ik hen verzamel, zoals je de bossen graan verzamelt om er de graankorrels uit te gaan kloppen. Kom nu hier, bewoners van Jeruzalem! Ik zal jullie sterk maken. Jullie zullen de volken uitkloppen als graan. Alles wat ze geroofd hebben, zal voor de Heer zijn. Alles wat ze bezitten, zal zijn voor de Heer van de hele aarde.