Spreuken 11:18-20
Spreuken 11:18-20 Statenvertaling (Importantia edition) (STV)
De goddeloze doet een vals werk; maar voor dengene, die gerechtigheid zaait, is trouwe loon. Alzo is de gerechtigheid ten leven, gelijk die het kwade najaagt, naar zijn dood jaagt. De verkeerden van hart zijn den HEERE een gruwel; maar de oprechten van weg zijn Zijn welgevallen.
Spreuken 11:18-20 Herziene Statenvertaling (HSV)
De goddeloze doet een bedrieglijk werk, maar wie gerechtigheid zaait, oogst betrouwbaar loon. Ware gerechtigheid is ten leven, najagen van kwaad leidt tot de dood. De verkeerden van hart zijn voor de HEERE een gruwel, maar de oprechten van weg zijn Hem welgevallig.
Spreuken 11:18-20 NBG-vertaling 1951 (NBG51)
De goddeloze maakt winst die niet gedijt, maar wie gerechtigheid zaait, heeft blijvend gewin. Ware gerechtigheid strekt ten leven, maar wie het kwaad najaagt, hem strekt het ten dode. De verkeerden van hart zijn de HERE een gruwel, maar de oprechten van wandel zijn Hem welgevallig.
Spreuken 11:18-20 Het Boek (HTB)
Alles wat een goddeloze doet, is nutteloos, maar er is een beloning voor hem die goed doet. Zo leidt de gerechtigheid naar het leven, terwijl de boosdoener zichzelf de dood injaagt. De HERE verafschuwt slechte mensen, maar wie oprecht leeft, vindt genade in zijn ogen.
Spreuken 11:18-20 BasisBijbel, de bijbel in makkelijk Nederlands (BB)
Wat een slecht mens verdient met zijn slechtheid, zal weer verdwijnen. Maar de beloning van een goed mens blijft bestaan. Als je probeert te leven zoals God het wil, zul je leven. Maar als je altijd slechte dingen doet, wordt dat uiteindelijk je dood. De Heer haat het als mensen onbetrouwbaar zijn. Maar Hij is blij met mensen die leven zoals Hij het wil.