Romeinen 15:25-29
Romeinen 15:25-29 Het Boek (HTB)
Voorlopig is het nog niet zover. Ik ben nu onderweg naar Jeruzalem om de gelovigen daar geld te brengen. Want het leek de Griekse gelovigen goed iets voor hun arme geloofsgenoten in Jeruzalem te doen. Hoewel zij het graag hebben gedaan, is het eigenlijk niet meer dan hun plicht. Zij hebben van de gelovigen in Jeruzalem iets geestelijks gekregen: het goede nieuws over Jezus Christus. Nu, dan moeten zij de gelovigen in Jeruzalem iets natuurlijks teruggeven: een bijdrage in hun levensonderhoud. Als ik dat geregeld heb, ga ik op weg naar Spanje en hoop bij u langs te komen. Ik weet dat ik bij u zal komen, met de overvloed van al het goede dat Christus heeft gedaan.
Romeinen 15:25-29 Statenvertaling (Importantia edition) (STV)
Maar nu reis ik naar Jeruzalem, dienende de heiligen. Want het heeft dien van Macedonië en Achaje goed gedacht een gemene handreiking te doen aan de armen onder de heiligen, die te Jeruzalem zijn. Want het heeft hun zo goed gedacht; ook zijn zij hun schuldenaars; want indien de heidenen hunner geestelijke goederen deelachtig zijn geworden, zo zijn zij ook schuldig hen van lichamelijke goederen te dienen. Als ik dan dit volbracht, en hun deze vrucht verzegeld zal hebben, zo zal ik door ulieder stad naar Spanje afkomen. En ik weet, dat ik, tot u komende, met vollen zegen des Evangelies van Christus komen zal.
Romeinen 15:25-29 Herziene Statenvertaling (HSV)
Maar nu reis ik naar Jeruzalem om de heiligen te dienen, want de gemeenten van Macedonië en Achaje hebben het goedgevonden enige handreiking te doen aan de armen onder de heiligen in Jeruzalem. Zij hebben het namelijk goedgevonden, en zij zijn het ook aan hen verplicht. Immers, als de heidenen aan hun geestelijke weldaden deel gekregen hebben, zijn zij ook verplicht hen met stoffelijke te dienen. Als ik deze zaak dan volbracht zal hebben en hun deze vrucht officieel afgedragen zal hebben, zal ik via u naar Spanje reizen. En ik weet dat ik, als ik naar u toe kom, met de volle zegen van het Evangelie van Christus zal komen.
Romeinen 15:25-29 NBG-vertaling 1951 (NBG51)
Maar thans ben ik op reis naar Jeruzalem ten dienste van de heiligen. Want Macedonië en Achaje hebben goedgevonden een handreiking te doen aan de armen onder de heiligen te Jeruzalem. Zij hebben het immers goedgevonden, maar zijn het ook jegens hen verplicht, want indien de heidenen aan hun geestelijke goederen deel hebben gekregen, behoren zij ook met hun stoffelijke goederen hen te dienen. Wanneer ik mij dan hiervan gekweten en hun deze opbrengst afgedragen heb, zal ik over uw stad naar Spanje reizen. En ik weet, dat ik bij mijn komst te uwent met een volle zegen van Christus zal komen.
Romeinen 15:25-29 BasisBijbel, de bijbel in makkelijk Nederlands (BB)
Maar nu ben ik op weg naar Jeruzalem om hulp te brengen aan de gelovigen daar. Want [ de gemeenten in ] Macedonië en Achaje wilden graag iets geven voor de gelovigen in Jeruzalem die arm zijn. Het is goed dat ze dat graag wilden, maar eigenlijk zijn ze het ook wel verplicht. Want ze hebben het aan de gelovigen in Jeruzalem te danken dat ze geestelijke rijkdommen hebben gekregen. Daarom is het goed dat ze nu [ uit dankbaarheid ] iets voor hen terugdoen. Als ik hun het geschenk heb gebracht, zal ik via jullie stad naar Spanje reizen. En ik weet zeker dat ik met de volle zegen van Christus bij jullie zal komen.