1
Johannes 10:10
Herziene Statenvertaling
De dief komt alleen maar om te stelen, te slachten en verloren te laten gaan; Ik ben gekomen, opdat zij leven hebben en overvloed hebben.
Ṣe Àfiwé
Ṣàwárí Johannes 10:10
2
Johannes 10:11
Ik ben de goede Herder; de goede herder geeft zijn leven voor de schapen.
Ṣàwárí Johannes 10:11
3
Johannes 10:27
Mijn schapen horen Mijn stem en Ik ken ze en zij volgen Mij.
Ṣàwárí Johannes 10:27
4
Johannes 10:28
En Ik geef hun eeuwig leven; en zij zullen beslist niet verloren gaan in eeuwigheid en niemand zal ze uit Mijn hand rukken.
Ṣàwárí Johannes 10:28
5
Johannes 10:9
Ik ben de Deur; als iemand door Mij naar binnen gaat, zal hij behouden worden; en hij zal ingaan en uitgaan en weide vinden.
Ṣàwárí Johannes 10:9
6
Johannes 10:14
Ik ben de goede Herder en Ik ken de Mijnen en word door de Mijnen gekend
Ṣàwárí Johannes 10:14
7
Johannes 10:29-30
Mijn Vader, Die hen aan Mij gegeven heeft, is meer dan allen, en niemand kan hen uit de hand van Mijn Vader rukken. Ik en de Vader zijn Één.
Ṣàwárí Johannes 10:29-30
8
Johannes 10:15
zoals de Vader Mij kent en Ik de Vader ken; en Ik geef Mijn leven voor de schapen.
Ṣàwárí Johannes 10:15
9
Johannes 10:18
Niemand neemt het Mij af, maar Ik geef het uit Mijzelf; Ik heb macht het te geven, en heb macht het opnieuw te nemen. Dit gebod heb Ik van Mijn Vader ontvangen.
Ṣàwárí Johannes 10:18
10
Johannes 10:7
Jezus dan zei opnieuw tegen hen: Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: Ik ben de Deur voor de schapen.
Ṣàwárí Johannes 10:7
11
Johannes 10:12
Maar de huurling en wie geen herder is, die de schapen niet tot eigendom heeft, ziet de wolf komen en laat de schapen in de steek en vlucht; en de wolf grijpt ze en drijft de schapen uiteen.
Ṣàwárí Johannes 10:12
12
Johannes 10:1
Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: Wie de schaapskooi niet door de deur binnengaat, maar van elders naar binnen klimt, die is een dief en een rover.
Ṣàwárí Johannes 10:1
Ilé
Bíbélì
Àwon ètò
Àwon Fídíò