Toen Israël Jozefs zonen zag, vroeg hij: "Wie zijn zij?" Jozef antwoordde: "Dat zijn mijn zonen, die God mij hier heeft gegeven." Jakob zei: "Breng hen hier, zodat ik hen kan zegenen." Israëls ogen waren heel slecht geworden doordat hij al zo oud was. Hij kon niet [ veel ] meer zien. Jozef bracht hen dichter bij hem. Israël kuste en omhelsde hen.
Genesis 48 lezen
Luisteren Genesis 48
Deel
Alle vertalingen vergelijken: Genesis 48:8-10
Sla Bijbelteksten op, lees offline, bekijk onderwijsvideo's en meer!
Thuisscherm
Bijbel
Leesplannen
Video's