Psalmen 51:5-7

Psalmen 51:5-7 BB

Want ik weet dat ik verkeerd heb gedaan. Ik moet er aldoor aan denken hoe ongehoorzaam ik aan U ben geweest. Tegen U heb ik verkeerd gedaan, tegen U alleen. Ik heb iets gedaan wat U heel erg vindt. U had gelijk toen U mij veroordeelde. Toen ik werd geboren, zat het kwaad al in me. Al vanaf het moment dat ik ontstond, heeft het kwaad mij in zijn macht.