Aleph. Welgelukzalig zijn de oprechten van wandel, die in de wet des HEEREN gaan. Welgelukzalig zijn zij, die Zijn getuigenissen onderhouden, die Hem van ganser harte zoeken; Ook geen onrecht werken, maar wandelen in Zijn wegen. Gij, Gij hebt geboden, dat men Uw bevelen zeer bewaren zal. Och, dat mijn wegen gericht werden, om Uw inzettingen te bewaren! Dan zou ik niet beschaamd worden, wanneer ik merken zou op al Uw geboden. Ik zal U loven in oprechtheid des harten, als ik de rechten Uwer gerechtigheid geleerd zal hebben. Ik zal Uw inzettingen bewaren; verlaat mij niet al te zeer. Beth. Waarmede zal de jongeling zijn pad zuiver houden? Als hij dat houdt naar Uw woord. Ik zoek U met mijn gehele hart, laat mij van Uw geboden niet afdwalen.
De Psalmen 119 lezen
Deel
Alle vertalingen vergelijken: De Psalmen 119:1-10
Sla Bijbelteksten op, lees offline, bekijk onderwijsvideo's en meer!
Thuisscherm
Bijbel
Leesplannen
Video's