De Psalmen 22:8-12

De Psalmen 22:8-12 STV

Allen, die mij zien, bespotten mij; zij steken de lip uit, zij schudden het hoofd, zeggende: Hij heeft het op den HEERE gewenteld, dat Hij hem nu uithelpe, dat Hij hem redde, dewijl Hij lust aan hem heeft! Gij zijt het immers, Die mij uit den buik hebt uitgetogen; Die mij hebt doen vertrouwen, zijnde aan mijner moeders borsten. Op U ben ik geworpen van de baarmoeder af; van den buik mijner moeder aan zijt Gij mijn God. Zo wees niet verre van mij, want benauwdheid is nabij; want er is geen helper.