Prediker 12:1-8

Prediker 12:1-8 HSV

Denk aan uw Schepper in de dagen van uw jeugd, voordat de kwade dagen komen en de jaren naderen waarvan u zeggen zult: Ik vind er geen vreugde in; voordat de zon verduisterd wordt, evenals het licht en de maan en de sterren, en de wolken terugkeren na de regen, op die dag, wanneer de bewakers van het huis zullen beven, de sterke mannen zich zullen krommen, de maalsters ophouden, omdat ze met weinigen zijn, en zij die door de vensters kijken, verduisterd worden; wanneer de beide deuren naar de straat gesloten worden, het geluid van de molen verzwakt, men opstaat bij het geluid van de vogels, en alle zangeressen neergebogen zullen worden, men ook gaat vrezen voor de hoogte, en er verschrikkingen zijn op de weg, de amandelboom gaat bloeien, de sprinkhaan zichzelf tot last wordt, en de kapperbes niet meer helpt – de mens gaat immers naar zijn eeuwig huis: rouwklagers doen de ronde in de straat – voordat het zilveren koord verwijderd wordt en de gouden oliehouder verbrijzeld, de kruik bij de bron stukgebroken wordt en het rad bij de waterput verbrijzeld, het stof terugkeert naar de aarde zoals het was, en de geest terugkeert tot God, Die hem gegeven heeft. Een en al vluchtigheid, zegt de Prediker, alles is vluchtig.