Genesis 43:11-14

Genesis 43:11-14 NBG51

Toen zeide hun vader Israël tot hen: Indien het zo gesteld is, doet dan dit: neemt van het fijnste des lands in uw zakken en brengt die man een geschenk: een weinig balsem en een weinig honig, gom en hars, terpentijnnoten en amandelen. En neemt dubbel geld mee; ook het geld, dat boven in uw zakken gelegd was, moet gij terugbrengen; misschien was het een vergissing. En neemt uw broeder mee, maakt u reisvaardig en keert terug tot die man. En God, de Almachtige, geve u barmhartigheid voor het aangezicht van die man, opdat hij uw andere broeder late gaan, alsook Benjamin. En wat mij aangaat, als ik van kinderen beroofd moet worden, dan worde ik beroofd.