Exodus 4:21-23

Exodus 4:21-23 HTB

De HERE zei tegen hem: ‘Als u terugkomt in Egypte, moet u naar de farao gaan en hem de wonderen laten zien die Ik u heb getoond. Ik zal hem echter koppig maken zodat hij het volk niet zal laten gaan. Zeg dan tegen de farao: “De HERE zegt: Israël is mijn oudste zoon en Ik heb u opgedragen hem te laten gaan zodat hij Mij kan aanbidden. Als u weigert, zal Ik uw oudste zoon doden”.’