Hooglied 7:10-12

Hooglied 7:10-12 HTB

Ik behoor toe aan mijn liefste, ik verlang naar hem. Kom, mijn liefste, laten wij samen het veld ingaan en overnachten in een van de dorpen. Of laten wij heel vroeg de wijngaard ingaan en kijken of de wijnstokken al uitlopen, of de knoppen al openspringen en de granaatappelbomen al bloeien. Daar zal ik mij aan je geven.