Bereid je hart voor op Pasen: Een overdenking voor de vastentijdVoorbeeld
"Dag 34: De voorspelling"
Johannes wijdde een groot gedeelte van zijn Evangelie aan de laatste zes dagen van Jezus' leven. In Johannes 12 voorspelt Jezus “welke dood Hij sterven zou” — een die de wereld uit satan's grip zou verlossen, Jezus als overwinnaar zou doen opstaan uit de verschrikkingen van kruisiging en graf, en die mensen wereldwijd naar Hem toe zou trekken (v. 32). Maar, hier schetst Hij ook opnieuw zijn ontnuchterende verwachting voor allen die Hem navolgen en Zijn discipelen genoemd zullen worden.
Vanaf het begin van Zijn bediening, zoals beschreven in het Johannes evangelie, heeft Jezus verwezen naar Zijn “uur” — de aangewezen tijd waarin Hij Zijn lijden zou ondergaan en sterven voor de zonden van de wereld. Maar dwars door deze vernedering heen straalt Jezus vreemd genoeg de “glorie” van God uit naar de mensheid. God “verheerlijkt Zijn naam” niet alleen door Christus' aardse bediening, maar ook door Zijn dood. Johannes beschrijft deze realiteit al vroeg door te stellen “Hij was vol genade en waarheid en wij hebben gezien hoe groot Hij is, …” (1:14).
Even opvallend is de zeer menselijke Jezus die we hier tegenkomen, eerlijk genoeg om toe te geven “Ik ben erg bang” (v. 27), wanneer Hij de lijdensweg voelt aankomen die Hij zal ondergaan. Het is het bijzondere beeld van een volledig door God verlaten mens, in het zicht van onbeschrijfelijke pijn, wetende dat uiteindelijk Gods glorie het enige is dat ertoe doet. En het wordt meteen ook een leermoment voor de discipelen.
Zaad is levende materie die moet sterven om te vermenigvuldigen; het draagt de belofte van toekomstig leven in zich. Oppervlakkig gezien is de dood van Christus voor de wereld een ramp, maar door “in de aarde [te] vallen” (v. 24) is Hij in staat om Zijn volgelingen te doen opstaan en hen “te laten delen in zijn volmaaktheid” (Hebreeën 2:10). Maar, het volgen van Christus kost dus wat: veel van de eerste discipelen stierven zelf een verschrikkelijke dood, wat Tertullianus tot de conclusie bracht dat “het zaad van de martelaren het zaad van de kerk is.” Christus' discipelen moeten altijd “sterven” aan zichzelf om in Christus “levende hoop” (1 Peter 1:3-5) te vinden. Hier wordt de visie van Dietrich Bonhoeffer op discipelschap waar: “Wanneer Christus een man roept, roept Hij hem om te komen en te sterven.”
Gebed
Opgestane Heer, U hield zoveel van ons dat U stierf om ons te redden van zonde. We bidden dat deze realiteit ons nederig maakt en er voor zorgt dat we U altijd prijzen. En schenk ons de vrijmoedigheid om volledig toegewijd aan Uw liefdevolle wil te leven. In uw barmhartigheid, laat het zo zijn, want we bidden dit in Uw Naam, Amen.
Copyright (c) 2012 by Redeemer Presbyterian Church.
Johannes wijdde een groot gedeelte van zijn Evangelie aan de laatste zes dagen van Jezus' leven. In Johannes 12 voorspelt Jezus “welke dood Hij sterven zou” — een die de wereld uit satan's grip zou verlossen, Jezus als overwinnaar zou doen opstaan uit de verschrikkingen van kruisiging en graf, en die mensen wereldwijd naar Hem toe zou trekken (v. 32). Maar, hier schetst Hij ook opnieuw zijn ontnuchterende verwachting voor allen die Hem navolgen en Zijn discipelen genoemd zullen worden.
Vanaf het begin van Zijn bediening, zoals beschreven in het Johannes evangelie, heeft Jezus verwezen naar Zijn “uur” — de aangewezen tijd waarin Hij Zijn lijden zou ondergaan en sterven voor de zonden van de wereld. Maar dwars door deze vernedering heen straalt Jezus vreemd genoeg de “glorie” van God uit naar de mensheid. God “verheerlijkt Zijn naam” niet alleen door Christus' aardse bediening, maar ook door Zijn dood. Johannes beschrijft deze realiteit al vroeg door te stellen “Hij was vol genade en waarheid en wij hebben gezien hoe groot Hij is, …” (1:14).
Even opvallend is de zeer menselijke Jezus die we hier tegenkomen, eerlijk genoeg om toe te geven “Ik ben erg bang” (v. 27), wanneer Hij de lijdensweg voelt aankomen die Hij zal ondergaan. Het is het bijzondere beeld van een volledig door God verlaten mens, in het zicht van onbeschrijfelijke pijn, wetende dat uiteindelijk Gods glorie het enige is dat ertoe doet. En het wordt meteen ook een leermoment voor de discipelen.
Zaad is levende materie die moet sterven om te vermenigvuldigen; het draagt de belofte van toekomstig leven in zich. Oppervlakkig gezien is de dood van Christus voor de wereld een ramp, maar door “in de aarde [te] vallen” (v. 24) is Hij in staat om Zijn volgelingen te doen opstaan en hen “te laten delen in zijn volmaaktheid” (Hebreeën 2:10). Maar, het volgen van Christus kost dus wat: veel van de eerste discipelen stierven zelf een verschrikkelijke dood, wat Tertullianus tot de conclusie bracht dat “het zaad van de martelaren het zaad van de kerk is.” Christus' discipelen moeten altijd “sterven” aan zichzelf om in Christus “levende hoop” (1 Peter 1:3-5) te vinden. Hier wordt de visie van Dietrich Bonhoeffer op discipelschap waar: “Wanneer Christus een man roept, roept Hij hem om te komen en te sterven.”
Gebed
Opgestane Heer, U hield zoveel van ons dat U stierf om ons te redden van zonde. We bidden dat deze realiteit ons nederig maakt en er voor zorgt dat we U altijd prijzen. En schenk ons de vrijmoedigheid om volledig toegewijd aan Uw liefdevolle wil te leven. In uw barmhartigheid, laat het zo zijn, want we bidden dit in Uw Naam, Amen.
Copyright (c) 2012 by Redeemer Presbyterian Church.
Over dit leesplan
Wat is de vastentijd? We zien dan uit naar de overwinning van het licht en het leven van Christus over de duisternis van zonde en dood. Van Aswoensdag tot Pasen worden we herinnerd aan de realiteit van onze zwakheid en de verlossende genade van God.
More
Deze overdenking werd gemaakt door de medewerkers van Redeemer Presbyterian Church en werd oorspronkelijk gepubliceerd op www.redeemer.com in 2012. Gebruikt met toestemming.