Manna voor elke dag - maand 8 - Heshvan

Uitzien, voorbereiden en vieren

Wees blij!

Brood en wijn - Leesplan rond het avondmaal

Gideon. Vol twijfel, vol angst, vol geloof?

Ik geloof niet in God, want... nu weten we toch wel beter?

Schoon (S3-E5)

Sinterklaas

Is geesten oproepen goed?

Week van Gebed voor de mensen die Jezus nog niet kennen

Het Boek

<div class="version vid75 iso6393nld" data-vid="75" data-iso6393="nld">
 <div class="book bkJHN">
 <div class="chapter ch13" data-usfm="JHN.13.18+JHN.13.19+JHN.13.20+JHN.13.21+JHN.13.22+JHN.13.23+JHN.13.24+JHN.13.25+JHN.13.26+JHN.13.27+JHN.13.28+JHN.13.29+JHN.13.30+JHN.13.31+JHN.13.32+JHN.13.33+JHN.13.34+JHN.13.35+JHN.13.36+JHN.13.37+JHN.13.38">
 <div class="p">18Wat Ik zeg, geldt niet voor iedereen hier. Ik weet wie Ik uitgekozen heb. Het moet gaan zoals geschreven staat: &#8220;Hij die regelmatig met Mij at, heeft zich tegen Mij gekeerd.&#8221; 19Ik vertel het nu alvast. Als het dan gebeurt, zullen jullie geloven dat Ik ben die Ik ben. 20Luister goed naar wat Ik zeg: wie iemand ontvangt die door Mij gestuurd is, ontvangt Mij, en wie Mij ontvangt, ontvangt mijn Vader die Mij gestuurd heeft.&#8217;</div><div class="p"> 21Nadat Hij dit had gezegd, werd Jezus diep ontroerd. &#8216;De waarheid is,&#8217; zei Hij, &#8216;dat een van jullie Mij zal uitleveren.&#8217; 22De leerlingen keken elkaar vragend aan, zij hadden geen idee wie Hij bedoelde. 23Rechts van Jezus zat de leerling die zijn beste vriend was 24en Simon Petrus wenkte hem om hem aan Jezus te laten vragen wie Hij bedoelde. 25Hij boog zich naar Jezus toe en vroeg: &#8216;Here, wie is het dan?&#8217; 26Jezus antwoordde: &#8216;Ik zal een stuk brood indopen en dat geven aan degene die het is.&#8217; Hij nam een stuk brood, doopte het in de saus en gaf het aan Judas, de zoon van Simon Iskariot. 27Op dat moment kwam de duivel in Judas. &#8216;Doe maar vlug wat je van plan bent,&#8217; zei Jezus tegen hem. 28Niemand aan tafel begreep wat Hij daarmee bedoelde. 29Omdat Judas het geld beheerde, dachten sommigen dat hij iets voor het feest moest kopen of iets aan de armen moest gaan geven. 30Nadat hij het brood van Jezus had aangenomen, ging Judas vlug naar buiten, de nacht in.</div><div class="p"> 31Toen Judas de deur uit was, zei Jezus: &#8216;Nu blijkt hoe groot en machtig Ik, de Mensenzoon, ben. En daardoor blijkt ook hoe groot en machtig God is. 32Door wat er gaat gebeuren, zullen God en Ik in elkaar herkenbaar zijn en onze grootheid en macht zullen zichtbaar worden. 33Vrienden, Ik zal niet lang meer bij jullie zijn! Jullie zullen Mij zoeken, maar zoals Ik al tegen de Joden zei: waar Ik heenga, kunnen jullie niet komen.</div><div class="p"> 34Dit is een nieuwe opdracht die Ik jullie geef: heb elkaar lief. Heb voor elkaar net zoveel liefde als Ik voor jullie heb. 35Aan de onderlinge liefde zullen de mensen zien dat jullie mijn leerlingen zijn.&#8217; 36Simon Petrus vroeg: &#8216;Here, waar gaat U dan heen?&#8217; &#8216;Daarheen kun je Mij nu niet volgen,&#8217; antwoordde Jezus, &#8216;maar later wel.&#8217; 37&#8216;Maar waarom kan ik nu niet met U meegaan? Ik heb alles voor U over!&#8217; zei Petrus. 38&#8216;Alles voor Mij over?&#8217; vroeg Jezus. &#8216;Luister goed, nog voor de haan kraait, zul je drie keer gezegd hebben dat je Mij niet kent!&#8217;</div>
 </div>
 </div>
</div>

Het Leven Van Jezus, Deel 7 (7/10)Voorbeeld

God is Liefde

Schrift

Over dit leesplan

Gerelateerde leesplannen