Koninkrijk komeVoorbeeld

Gebed:

God, wanneer ik neig om genade te onthouden aan anderen, herinner me dan aan de genade die U gewillig aan mij gaf. 

Lezing:

Wanneer we de gelijkenis in Lucas 15 lezen, is het verleidelijk om de oudere broer weg te zetten als een extreem voorbeeld van arrogantie en eigendunk, iemand met wie we ons simpelweg niet kunnen identificeren. Maar als we dat doen dan missen we uiteindelijk een belangrijke waarheid: we hebben allemaal een beetje "oudere broer" in ons.

Als je beter naar de oudere broer kijkt, dan is zijn reactie misschien helemaal niet zo extreem. De boosheid die hij voelt gaat uiteindelijk over eerlijkheid. Hij gelooft dat het simpelweg niet eerlijk is dat zijn vader zijn jongere broer hetzelfde behandelt als hemzelf. Eerlijk gezegd heeft hij daar een punt. Lijkt het niet alsof hij meer dan zijn broer verdient? Zorgen zijn gehoorzaamheid en consistentie er niet voor dat hij meer verdient?

We kijken vaak naar Gods aanbod van onverdiende genade als iets puur positiefs. Maar soms kan genade een struikelblok zijn wanneer we zien hoe dat in het echte leven en relaties werkt. Als we gaan vergelijken, dan geeft genade ons een echt probleem. Het is niet eerlijk.

Hoezo is het eerlijk dat God iemands zonde door de vingers ziet, vooral als wij degenen zijn die daardoor pijn hebben? Paulus behandelt rechtstreeks deze spanning in zijn brief aan de christenen in Rome.  

God heeft Christus Jezus gegeven als verzoeningsoffer. Door zijn bloed zal de mens, wanneer hij gelooft, Gods rechtvaardigheid ontdekken. God gaat namelijk voorbij aan de zonden die eerder gepleegd waren, om uiteindelijk, in deze tijd, te laten zien hoe rechtvaardig Hij is. Dat doet Hij door iedereen die in Jezus gelooft, vrij te spreken.

—Romeinen 3:25–26, HTB

Hoe kan God zowel "rechtvaardig" zijn én "Degene die de zondaren rechtvaardigt"? Veegt hij alle zonde onder het kleed alsof het nooit is gebeurd? Betekent dat dat Hij de zonde niet serieus neemt?

Het lijkt misschien een tegenstelling, en dat is het ook, tenzij er meer achter het verhaal zit. Tenzij er een manier is waarop de prijs van de zonde betaald kan worden zonder die te eisen van degene wie gezondigd heeft. Paulus schrijft dat Jezus ons "verzoeningsoffer" is, het offer dat heeft betaald voor ons recht om samen met God te staan. 

Jezus is het antwoord op het probleem dat genade voorlegt. Door Jezus kan God Degene zijn die rechtvaardigt, terwijl Hij ook rechtvaardig blijft als Degene die op een consistente manier de gevolgen van de zonde uitdeelt.

Dus wanneer je geneigd bent om genade or vergeving van iemand te onthouden omdat ze het niet verdienen, onthoud dan dat Jezus niet naar ons toekomt en zegt: "Ik houd van je omdat je perfect bent." In plaats daarvan komt Hij naar ons toe in onze tekortkomingen en zegt: "Ik houd van je gewoon zoals je bent, en ik zal de prijs betalen om je perfect te maken." God neemt geen genoegen met "eerlijk" in zijn relatie met jou, Hij betaalde die prijs gewillig. Wanneer het gaat over onze relatie met God, hebben we niet "eerlijk" nodig, we hebben genade nodig. Wij zouden vooraan moeten staan om genade aan anderen te schenken, omdat wij zelf zoiets kostbaars hebben ontvangen.

Overdenking:

Neem de tijd om door de volgende vragen door in je dagboek:

• Waar heb jij iemand genade onthouden? Is er een situatie of persoon die in je opkomt? Waarom voelt het zo moeilijk om genade te geven in deze situatie?

• Is er iemand in je leven van wie je gelooft dat die buiten het bereik van genade is? Hoe ziet het eruit als je die persoon en situatie voor de Vader brengt, en vraagt of zijn hart van genade in jou gevormd kan worden?

Zodra je eenmaal de kans hebt gehad om de bovenstaande vragen te beantwoorden, zoek dan een stil plekje op waar je kan zitten en een tijdje stil kan zijn met Jezus. Strek je handen uit, bal ze tot vuisten, met de palm naar beneden. Beeld je de Vader in die de persoon omhelst die jou pijn heeft gedaan. Als je de spanning voelt stijgen, bal je handen dan nog harder tot vuisten. Blijf zo een tijdje zitten als dat nodig is. Neem een diepe adem en vraag God om je zijn hart te geven voor deze persoon, wanneer je daar klaar voor bent. Draai je vuisten om, met de palmen naar boven. Relax en neem diep adem terwijl je je handen opent en ze loslaat voor de Vader. 

Als je er niet klaar voor bent om de spanning te laten gaan, laat deze oefening dan een oprecht gebed zijn dat God je helpt om die richting op te gaan.