1
Genesis 25:23
Herziene Statenvertaling
De HEERE zei toen tegen haar: Er zijn twee volken in uw schoot, en twee naties zullen zich uit uw lichaam vaneenscheiden. Het ene volk zal sterker zijn dan het andere en de meerdere zal de mindere dienen.
Ṣe Àfiwé
Ṣàwárí Genesis 25:23
2
Genesis 25:30
Toen zei Ezau tegen Jakob: Laat mij toch slurpen van dat rode, dat rode daar, want ik ben moe. Daarom gaf men hem de naam Edom.
Ṣàwárí Genesis 25:30
3
Genesis 25:21
Izak bad vurig tot de HEERE in het bijzijn van zijn vrouw, want zij was onvruchtbaar. En de HEERE liet Zich door hem verbidden, zodat Rebekka, zijn vrouw, zwanger werd.
Ṣàwárí Genesis 25:21
4
Genesis 25:32-33
Ezau zei: Zie, ik ga toch sterven; wat moet ik dan met het eerstgeboorterecht? Toen zei Jakob: Zweer het mij eerst. En hij zwoer het hem. Zo verkocht hij zijn eerstgeboorterecht aan Jakob.
Ṣàwárí Genesis 25:32-33
5
Genesis 25:26
Daarna kwam zijn broer tevoorschijn, terwijl zijn hand de hiel van Ezau vasthield; daarom gaf men hem de naam Jakob. Izak was zestig jaar oud bij hun geboorte.
Ṣàwárí Genesis 25:26
6
Genesis 25:28
Izak had Ezau lief, omdat hij graag wildbraad at; Rebekka daarentegen had Jakob lief.
Ṣàwárí Genesis 25:28
Ilé
Bíbélì
Àwon ètò
Àwon Fídíò