1
Johannes 19:30
Herziene Statenvertaling
Toen Jezus dan de zure wijn genomen had, zei Hij: Het is volbracht! En Hij boog het hoofd en gaf de geest.
Ṣe Àfiwé
Ṣàwárí Johannes 19:30
2
Johannes 19:28
Hierna zei Jezus, omdat Hij wist dat nu alles volbracht was, opdat het Schriftwoord vervuld zou worden: Ik heb dorst!
Ṣàwárí Johannes 19:28
3
Johannes 19:26-27
Toen nu Jezus Zijn moeder zag en de discipel die Hij liefhad, bij haar zag staan, zei Hij tegen Zijn moeder: Vrouw, zie, uw zoon. Daarna zei Hij tegen de discipel: Zie, uw moeder. En vanaf dat moment nam de discipel haar in zijn huis.
Ṣàwárí Johannes 19:26-27
4
Johannes 19:33-34
maar toen zij bij Jezus kwamen en zagen dat Hij al gestorven was, braken zij Zijn benen niet. Maar een van de soldaten stak met een speer in Zijn zij en meteen kwam er bloed en water uit.
Ṣàwárí Johannes 19:33-34
5
Johannes 19:36-37
Want deze dingen zijn geschied, opdat het Schriftwoord vervuld wordt: Geen been van Hem zal gebroken worden. En verder zegt een ander Schriftwoord: Zij zullen zien op Hem Die zij doorstoken hebben.
Ṣàwárí Johannes 19:36-37
6
Johannes 19:17
En terwijl Hij Zijn kruis droeg, ging Hij de stad uit naar de plaats die Schedelplaats genoemd wordt en in het Hebreeuws Golgotha.
Ṣàwárí Johannes 19:17
7
Johannes 19:2
En de soldaten vlochten een kroon van dorens en zetten die op Zijn hoofd, en zij deden Hem een purperen bovenkleed om
Ṣàwárí Johannes 19:2
Ilé
Bíbélì
Àwon ètò
Àwon Fídíò