De Bijbel Van Jezus - Op Weg Naar Pasen Met Het Oude TestamentVoorbeeld

De koperen slang

God bevrijdde zijn volk uit de slavernij in Egypte en leidde ze door de woestijn op weg naar het beloofde land. In de woestijn zorgde God voor zijn volk. Toch vonden ze het heel lastig om op de zorg van God te vertrouwen. Als het even tegenzat, raakten ze keer op keer ontmoedigd en gingen ze klagen. Ze verloren het zicht op de toekomst, op het beloofde land en raakten verstrikt in de zorgen van alledag en wat ze om zich heen konden zien en ervaren.

In dit verhaal in Numeri is God hun geklaag zat en stuurt giftige slangen op hen af. Het is een wonderlijk verhaal dat veel vragen oproept. Maar voor de Israëlieten is het een moment van bezinning. Ze komen tot inkeer en denken weer aan waar het echt om gaat in deze reis door de woestijn. Daarna krijgt Mozes de opdracht om een koperen slang te maken zodat iedereen die naar de slang kijkt genezing zal vinden.

Jezus haalt dit verhaal aan in zijn gesprek in de nacht met Nicodemus. Het staat vlak voor de tekst die later wereldberoemd zou worden (Joh. 3:16). In dit gesprek gaat het over ‘zien’. Nicodemus lijkt niet in staat om te zien, om te doorgronden, wie Jezus is. De wonderen en tekenen gebeuren voor zijn ogen, maar begrijpen doet hij het niet. Het ontbreekt hem aan geestelijk inzicht.

Vraag:

Ook wij zijn op reis in ons leven op weg naar God. God wil ons op die reis voorzien van alles wat we nodig hebben. Maar net als de Israëlieten en Nicodemus zijn we soms niet in staat om Gods zorg voor ons te zien in ons leven. Wat gebeurt er bij jou als je God niet ziet in je leven? Reageer je zoals de Israëlieten met geklaag en gemopper? Of ga je, misschien wel heel voorzichtig, net als Nicodemus het gesprek aan met Jezus?